Diagnostiek en behandeling van suïcidaal gedrag
Klik hier om naar de website van de generieke module – diagnostiek en behandeling van suïcidaal gedrag te gaan
Diagnostiek en behandeling van suïcidaal gedrag behandelt de diagnostiek en behandeling van suïcidaal gedrag in brede zin. De kern van Diagnostiek en behandeling van suïcidaal gedrag vormen de paragrafen Diagnostiek en behandeling, Begeleiding en terugvalpreventie, maar daarnaast wordt ook aandacht besteed aan Vroege herkenning en preventie, Monitoring en Herstel, participatie en re-integratie. Diagnostiek en behandeling van suïcidaal is grotendeels gebaseerd op – en sluit aan bij – de Multidisciplinaire richtlijn Diagnostiek en behandeling van suïcidaal gedrag. Omdat het in deze generieke module niet mogelijk is om alle informatie uit de richtlijn te verwerken, verwijzen we hier vaak naar de richtlijntekst. Daar is aanvullende informatie beschikbaar.
Maar eerst worden 2 belangrijke principes bij diagnostiek en behandeling van suïcidaal gedrag beschreven, namelijk contact maken en samenwerking met naasten. Bij de beschrijving hiervan is vooral gebruik gemaakt van de resultaten van het onderzoek onder patiënten, zie achtergronddocument Resultaten conjunct analyse onder patiënten en van informatie uit de generieke module Samenwerking en ondersteuning naasten van mensen met een psychische aandoening.